#14 – De toekomst van externe consultancy

‘De vijf gamechangers voor consulting’  is een hoogstinteressante whitepaper van Prof. Ard-Pieter de Man  van SIOO (Stichting Interacademiale Opleiding Organisatiekunde, een samenwerkingsverband tussen 8 universiteiten) waarin het klassieke beeld van de consultant anders belicht wordt.

Op basis van uitgebreid onderzoek bij heel wat Nederlandse organisatieadviesbureaus stelde hij vast dat het concept van de klassieke adviseur heel sterk onder druk staat. Niet enkel door externe socio-economische omstandigheden, maar evenzeer structureel binnenin. De adviseur moet meer en meer vaststellen dat de klant ook wel weet waarover het gaat – kennis op het vlak van organisatieontwikkeling is niet langer schaars en exclusief de eigendom van de adviseur.

Bovendien heeft de klant geen zin om te betalen voor uitgebreid onderzoek en analyse – zaken waarvan vandaag verwacht wordt dat dit de expertise is van de adviseur vooraleer hij één voet binnenzet bij de organisatie. Direct aan de slag gaan op basis van de kennis van best practices in een bepaalde sector, en ook direct resultaat boeken. Dat wil de klant. Geen ellenlang advies, maar onmiddellijke implementatie, samen met het team van de klant. De Man is van oordeel dat deze ‘instant consultancy’ perfect op het lijf geschreven is van kleinere adviesbureaus en heel zeker van zelfstandigen. Bovendien laat informatietechnologie toe om makkelijker dan voorheen data en trends te monitoren. Adviseurs koppelen dat  ‘benchmarken’ aan hun ervaring tot concrete oplossingen. Hierbij gaan ze ook meer dan voorheen verantwoordelijkheid dragen, bijvoorbeeld door effectief mee uitvoering te geven aan het advies (collaboratie en co-creatie).

De white paper van SIOO kan u hier inkijken.

#13 – Op zoek naar een identiteit, maar niet zozeer een vereniging ?

Eén van de grootste uitdagingen voor de IPRO is erkenning krijgen voor zijn specifieke statuut en belangrijke socio-economische rol. Op de eerste plaats moet dit van buitenaf komen, door de overheid, de opdrachtgevers en de publieke opinie. Maar dat neemt niet weg dat er ook nog werk aan de winkel is voor de IPRO om zichzelf te definiëren en beter in de markt te zetten. Op dat vlak moet de IPRO voorbij de eigen vitrine durven kijken. Patricia Leighton* stelt in haar onderzoek  over IPRO’s:

“Identification and self-definition creates the basis for associating with one another and also projecting a voice to the wider commercial or public World.”

Je zou er dus intuïtief van uitgaan dat IPRO’s actief op zoek gaan om zich te verenigen om vanuit de collectiviteit meer kracht en stem te halen. Niets is minder waar.

“Their responses suggest a more detached, even utilitarian attitude to professional bodies.”

En als ze al lid zijn van een vereniging, kiezen ze dan soms nog liever voor niche-verenigingen die dichter bij hun specifieke expertise aansluiten.  Uit het onderzoek blijkt dat er een zeker wantrouwen is tegenover het collectief organiseren van een omkadering voor het beroep. Dit zou kunnen leiden tot reglementering en beperkingen waarvoor veel IPROs net het werknemerstatuut verlaten hebben. Interesse om samen te werken beperkt zich meestal tot het invullen van praktische behoeften zoals het gebruik van een co-workingspace.

Leighton concludeert dat de rol van een vereniging belangrijk blijft, op zijn minst om als IPRO niet geïsoleerd te geraken. Hierbij zal echter een nieuw evenwicht gevonden moeten worden tussen de ‘restraints’ van een vereniging en de vrijheid waarvoor de IPRO staat. Dus ook voor de vereniging van IPRO’s een uitdaging.

Members only: FEDIPRO zoekt voor haar leden een perfecte ‘matcht’ tussen de ‘what’s in it for me?’ en de collectieve belangenbehartiging.

* “Future Working: The Rise Of European’s Independent Professionals” van Professor Patricia Leighton, IPAG Business School Frankrijk (2014) – http://wp.efip.org/wp-content/uploads/2014/03/Future_Working_Full_Report.pdf

#12 – Minstens 80.000 zelfstandige dienstverleners in België

Dit cijfer komt uit het jaarverslag 2013 van het Rijksinstituut voor de Sociale Verzekeringen der Zelfstandigen. In totaal waren er in 2013 meer dan 1 miljoen zelfstandigen aangesloten (660.000 mannen en 340.000 vrouwen).

Onderstaande tabel toont een opsplitsing per activiteiten, waarbij er een duidelijke scheiding is tussen handel, vrije beroepen en dienstverleners. Potentieel ligt het aantal IPRO’s (zie ook 14.000 diversen) hoger dan 79.890.

fedi_stat

Bron: http://www.rsvz-inasti.fgov.be/nl/tools/publications/annual_report_13.pdf

Members only: verder in kaart brengen van aantal IPRO’s in België

#11 – Vlaanderen telt 400.000 zelfstandigen

Dit cijfer komt uit het  Onderzoeksrapport Creatieve Industrieën in Vlaanderen – update mapping en bedrijfseconomische analyse, uitgevoerd in opdracht van FlandersDC. Van die 400.000 zelfstandigen zijn er 53.000 of 13,2% actief binnen de Creatieve Industrieën in Vlaanderen.

In de studie wordt een zelfstandige duidelijk onderscheidend van werkgever en werknemer gedefinieerd als:

“een individu dat niet is tewerkgesteld bij een werkgever voor de uitvoering van zijn of haar professionele activiteit (met inbegrip van freelancers, zelfstandige ondernemers, enz). Een werknemer is een individu dat tewerkgesteld is bij een werkgever. Een werkgever is een entiteit die minstens 1 personeelslid tewerkstelt. Hierbij dient gezegd dat we enkel zelfstandigen en werkgevers met een eigen juridische structuur hebben kunnen capteren in de meting. Freelancers die tewerkgesteld zijn als werknemer van een Sociaal Bureau voor Kunstenaars (SBK) hebben we niet kunnen meerekenen, daar deze SBK’s vaak zijn opgenomen in complexe of veel grotere juridische structuren, zoals ketens van uitzendkantoren.”

* Rapport van Flanders DC, auteurs:  Schrauwen, J.; Demol, M.; Van Andel, W. & Schramme, A. (publicatie 2014, in het bijzonder pagina’s 10-12)

Link: http://www.flandersdc.be/sites/default/files/Flanders%20DC%20Studie%20-%20Creatieve%20Industrieee%CC%88n%20in%20Vlaanderen%20-%20update_0.pdf

Members only: verder in kaart brengen van aantal IPRO’s er effectief zijn in Vlaanderen/België

#10 – Werkbaarheidsprofiel zelfstandige ondernemers

Van alle zelfstandige ondernemers in Vlaanderen heeft ongeveer de helft (51,4%) een werkbare job. Bij land- en tuinbouwers, waar 56% een werkbare job heeft, is de situatie iets beter. De horeca-uitbaters tekenen met 40% het laagste werkbaarheidscijfer op. Dat blijkt uit de werkbaarheidsprofielen die de Stichting Innovatie & Arbeid uittekende voor zelfstandige ondernemers uit zes verschillende branches: land-en tuinbouw, transport-productie, handel, vrije beroepen, bouwsector en horeca.(1)

Jammer genoeg biedt deze studie geen inzicht in de situatie van de Belgische IPRO. In Nederland heeft het KIZO (Kennis Instituut Zelfstandig Ondernemen) wel data over de IPRO, dankzij de “zzp index”, een onderzoek naar de welzijn en werktevredenheid van zelfstandige professionals.(2)

Bronnen:
(1) http://www.serv.be/stichting/nieuws/werkbaarheidsprofiel-zelfstandige-ondernemers-zes-sectoren
(2) http://www.kizo.nl/projecten/zzp-index/

Members only: Vertaalslag van buitenlands onderzoek naar de Belgische situatie (in Essentials).

#9 – Een professional zorgt voor conversie van kennis naar waarde

In het boek “Professionaliseren als professional” stelt Gerald Alders dat kennis de belangrijkste bron van welvaart geworden is.  Het is dus essentieel om die zo productief mogelijk in te zetten. We moeten niet harder werken, maar vooral slimmer. Dat vereist van de professional meer en beter zelfmanagement, waarbij het verwerven en beheren van kennis centraal staat met het oog op het creëren van waarde.

“Als we kennis niet kunnen omzetten in waarde is deze letterlijk waardeloos. Een van de paradoxen in de kennismaatschappij lijkt te zijn dat kennis de bron van waarde is én dat vrijwel alle kennis gratis beschikbaar is. Dit lijkt een paradox maar is het niet. Ten eerste is de vrij beschikbare kennis een vorm van expliciete kennis die minder waardevol is (impliciete kennis kan niet, of in ieder geval niet eenvoudig, via elektronische media worden gedeeld). Ten tweede is juist de waardevolste kennis niet beschikbaar (anders is de investering van waarde in kennis immers niet nodig).”

Het is dus aan de professional om zijn waarde als kenniswerker te bewijzen en die kan alleen excelleren als er voldoende ‘ruimte’ is, wat inhoudt maximale autonomie en minimale sturing. Laat daar net de uitdaging van de professionele professional liggen.

(Uitgeverij Scriptum, 2014, ISBN 9789055949144)

#8 – De 10 ‘challenges’ voor de IPRO

Ondertussen zijn er meer dan 150.000 onafhankelijke zelfstandigen in België. Ze hebben sociaal gezien noch het statuut van werknemer, noch van werkgever (ze stellen geen personeel te werk). Niettemin zijn ze dankzij hun uitgesproken competenties, expertise en engagement essentiële spilfiguren in het socio-economisch speelveld. Je komt ze tegen als interim-managers, als consultants, adviseurs, facilitatoren of experten. Een grote groep bestaat uit zogenaamde freelancers, die hun vakkennis en ervaring inzetten bij het uitvoeren van specifieke opdrachten. Wat ze gemeen hebben is dat het kenniswerkers zijn.

En toch staan ze allen voor grote uitdagingen, op de eerste plaats niet zozeer wat de inhoudelijke expertise aangaat (professional in IPRO), maar zeker het element ‘independent’, want dat houdt in dat de IPRO ook een beetje ondernemer moet zijn en naar buiten toe moet treden, om klanten te vinden, maar ook om partners te vinden.

Als deze vragen enigszins twijfel oproepen, dan is het zeker wenselijk om erover na te denken lid te worden van FEDIPRO.

  1. Sociaal statuut: ben ik volledig wettelijk in orde, hoe zit het met fiscale issues, pensioenregeling, enz.?
  2. Risico-management: ben ik voldoende verzekerd (bv. gewaarborgd inkomen, beroepsaansprakelijkheidsverzekering) en neem ik voldoende voorzorgsmaatregelen?
  3. Eerstelijnshulp: heb ik regelmatig ‘kleine’ praktische vragen over mijn statuut als IPRO waar ik niet onmiddellijk ergens terecht kan ?
  4. Praktische organisatie: hoe organiseer ik mijn kantoor, doe ik beroep op co-workingspaces, kan ik ergens voordelig materiaal aankopen?
  5. Opdrachten vinden: hoe zorg ik voor continuïteit in opdrachten en hoe vind ik kwalitatieve opdrachten?
  6. Samenwerken: Hoe bouw ik een kwalitatief netwerk van complementaire ‘partners’ uit om samen projecten uit te voeren ?
  7. Samenwerking afsluiten: beschik ik over een stevig contract om de juridische dienst van een grote onderneming aan te kunnen of heb ik net een heel flexibele samenwerkingsovereenkomst nodig?
  8. Permanente vorming: ondanks de dagelijks inzet van je expertise, heb ik ook wel nood aan bijkomende vorming en nieuwe inzichten om als professional ‘on top of things’ te blijven?
  9. Lerend netwerk: ik heb behoefte aan contacten met collega-IPROs, om zaken te delen, om van hen te leren?
  10. Inzicht in de sector: het statuut van IPRO is nog in volle ontwikkeling en kent een toenemend belang als volwaardig ‘businessmodel’. Ben ik voldoende op de hoogte ? Denk ik mee over de toekomst van IPRO?

Lid worden (slechts 120 eur/jaar) ? Verneem hier meer over de ledenvoordelen! 

#7 – Welke informatie biedt de Belgische en Vlaamse overheid over het statuut van IPRO’s ?

BELGIE

We zochten het even uit via een eenvoudige search op de websites van Belgium.be. De zoekterm “Freelance (r)” gaf geen resultaat.  “Zelfstandige” op belgium.be geeft 120 resultaten, weliswaar een mengelmoes van berichten door mekaar. Wat een van de meest recente items blijkt te zijn, nl. een PDF ivm het zich vestigen als zelfstandige, gaf een foutmelding. Wellicht het beste resultaat (jammer genoeg niet als eerste), is een pagina over zelfstandigen in hoofdberoep.

Wat opvalt bij de ‘typering’ van de zelfstandige beroepsactiviteiten is dat de onafhankelijke kenniswerker (los van de vrije beroepers) niet vermeld wordt:

“De beroepsactiviteit als zelfstandige omvat verschillende domeinen. De volgende natuurlijke personen worden beschouwd als zelfstandigen:
handelaars (met inbegrip van de ambulante handelaars: deur-aan-deurverkopers, verkopers op de openbare weg of openbare markten),
personen die een vrij beroep uitoefenen (architecten, artsen, advocaten …), landbouwers, veehouders, publieke mandatarissen.” (1)

We zetten onze zoektocht verder op de website van de FOD Economie, KMO, Middenstand en Energie. Zoeken op freelance geeft een 10-tal resultaten, maar niet relevant voor de IPRO. “Zelfstandige” geeft meer dan 1600 resultaten, wat het niet evident maakt. Zeker als op nummer 1 (met 100% relevantie) naar een PDF gelinkt wordt over kostprijsberekening in varkenshouderijen. (2)

Voor het sociale statuut belanden we op de website van de FOD Sociale Zekerheid, die over een uitgebreid luik beschikt over allerlei sociale issues voor zelfstandigen in het algemeen. Het specifieke karakter van freelancer of IPRO komt ook hier nergens expliciet aan bod. (3)

Tot slot komen we uit op de website van het Rijksinstituut voor de Sociale Verzekeringen van de Zelfstandigen (RSVZ), waar we informatie vinden over de Nationale Hulpkas.(4)

VLAANDEREN

Gaan we kijken op Vlaams niveau via de website vlaanderen.be, dan vinden we 157 resultaten voor ‘zelfstandige’, met onder meer een link naar informatie over de zelfstandige in bijberoep en het sociale statuut van zelfstandigen.(5)

Bronnen:

  1. http://www.belgium.be/nl/economie/onderneming/oprichting/zelfstandigen/in_hoofdberoep/
  2. http://economie.fgov.be/nl/ondernemingen/
  3. http://www.socialsecurity.fgov.be/nl/specifieke-info/zelfstandigen/nieuws.htm
  4. http://www.rsvz-inasti.fgov.be/nl/
  5. http://www.vlaanderen.be/nl/search?keyword=zelfstandige

Members Only: Verder in kaart brengen van die elementen die relevant zijn voor het statuut van de IPRO.

#6 – Nieuwe berekening sociale bijdragen voor zelfstandigen (per 1/1/2015)

Sinds 1 januari 2015 is de berekeningswijze van de sociale bijdragen voor zelfstandigen grondig aangepast. De grootste wijziging bestaat erin dat de bijdragen van een bepaald bijdragejaar berekend worden op basis van de beroepsinkomsten als zelfstandige van datzelfde jaar (op enkele uitzonderingen na). Voorheen werden de sociale bijdragen berekend op basis van de inkomsten van het derde jaar voorafgaand aan het jaar waarvoor ze verschuldigd waren.

Meer info op: https://www.socialsecurity.be/site_nl/employer/infos/independent/index.htm

Members only: dit is voor de EU-koepel EFIP een belangrijk strijdpunt. Fedipro helpt mee aan de Europese harmonisering van de regeling van het voorafbetalen van sociale en andere bijdragen.

#5 – Collaborative Self-Employment Climbing Up Among New Forms of Work

“New trends are emerging with the potential to disrupt traditional employment relationships and the understanding of what a “job” is. As an essential component of a flexible labour market, independent working is here to stay. Not only should Europe recognise this change, but it should embrace it as a force for economic growth”. (Chris Bryce, EFIP President)

 

Quote uit workshop op 25 februari in Brussel, georganiseerd door het European Forum of Independent Professionals (EFIP), waar FEDIPRO de Belgische vertegenwoordiger van is,  en de European Confederation of Private Employment Agencies (EUROCIETT).

Members only: uitgebreid verslag van de workshop, inclusief de aanbevelingen naar de overheid.